auteur Jasper L. Nederhoed

 
In nr. 1/2012 van de uitgave het magazine FEITH (cultuur, geschiedenis
en taal van Groningen) staat een artikel over het pand W.A.
Scholtenstraat 5. Het pand werd in opdracht van apotheker J.J. Grijpma
in 1924 ontworpen door architect E. van Linge, die op nr. 1 woonde in
een eveneens door hem ontworpen pand.
 
Dit artikel bracht me terug naar de jaren vijftig en zestig. Ik had al
eerder bedacht dat de W.A. Scholtenstraat een bijzondere straat is:
dicht bij het stadscentrum, maar geen winkelstraat. De straat herbergt
mooie, bijzondere en monumentale panden in verschillende bouwstijlen
en er was naast nijverheid ook plaats voor wonen en bijvoorbeeld een
kerk. Langzaam kreeg het idee vorm om alle panden in deze straat in
de huidige staat te fotograferen, op zoek te gaan naar foto’s van "hoe
het er uitzag”, links en rechts een persoonlijke toets toe te voegen, en
dit geheel in een document vast te leggen. En toen ik gaandeweg m’n
research er achter kwam dat het volgend jaar 100 jaar geleden is dat
het besluit werd genomen de W.A. Scholtenstraat aan te leggen, was ik
helemaal niet meer te houden…
 
Ik heb er voor gekozen eerst algemene historische informatie te geven
over de W.A Scholtenstraat en een beetje uit de directe omgeving, en
vervolgens de straat per pand in beeld te brengen, indien mogelijk een
foto van vroeger toe te voegen, en natuurlijk enkele woorden of zelfs
zinnen.
 
Ik ben in 1948 geboren in de W.A. Scholtenstraat. Het is me nog steeds
niet helemaal duidelijk wanneer (in elk geval voor eind 1950) en
waarom we vervolgens zijn verhuisd naar de Semarangstraat, maar feit
is dat het gezin Nederhoed in 1954 weer terugkeerde op de vertrouwde
stek in de W.A. Scholtenstraat. In die jaren was het nog niet gebruikelijk
om een fotocamera in huis te hebben, en dus beschik ik slechts over
enkele foto’s uit die periode. Voor dit document heb ik daarom lekker
zitten grasduinen op het internet en her en der schaamteloos foto’s
gekopieerd en opgenomen in dit document. Een woord van dank aan al
die websites is hier op z’n plaats. Maar een speciaal woord van dank
voor de heer Tom Geudeker (www.geudekergereedschap.nl) die de
W.A. Scholtenstraat reeds eerder in woord en beeld heeft gebracht en
bij elk adres de namen van de bewoners uit de jaren zestig heeft
vermeld. Die namen heb ik overgenomen in mijn beschrijving van de
straat. Ook hadden wij contact met elkaar via telefoon en email. Op die
manier kreeg ik waardevolle aanvullende informatie van hem.
Ik heb het copyright niet per foto bijgehouden en volsta met het noemen
van de geraadpleegde websites.

Jasper L. Nederhoed - april 2012
W.A. Scholtenstraat 2a (van 1948 – 1950 en van 1954 – 1968)
 
 
Algemene informatie over de W.A. Scholtenstraat e.o.

Het gebied tussen de Brede Gang en de Bloemstraat is tot ver in de
vorige eeuw grotendeels leeg. Dit wordt veroorzaakt door de lage
ligging, waardoor het er nat en drassig, en daardoor niet goed te
bebouwen is. Bebouwing is er alleen aan de zijde van het Schuitendiep
en de Turfsingel, tot aan de Kruitlaan. De Kruitlaan lag ten zuiden van
een gracht die het in 1627 gebouwde Provinciaal Kruithuis, het 'Nieuw
Artillery Huys', omgaf.
 
Ten noorden hiervan, op het terrein tussen de huidige
Gymnasiumstraat en de Walstraat zijn in de windluwte van de stad
leerlooierijen gevestigd. In, in de grond gegraven, kuipen of bakken
ondergaan de huiden verschillende bewerkingen met menselijke urine.
Een restant van de steeg, met de naam Noorderkuipen, ten noorden
van de Walstraat herinnert hier nog aan.
Tegenover de huidige Maagdenbrug wordt in 1770 een landgoed, het
'Hof van Iddekinge' of 'Boumanshof', gebouwd. Hier een foto uit 1912:

 
Vóór die tijd strekten zich hier grote bleekvelden uit tot aan de stadswal.
Een bleekveld was in de 17e en 18e eeuw een grasplein of -perk voor
het - aan het zonlicht - bleken van linnen of laken stoffen. De imposante
deurpartij van het Hof van Iddekinge was afkomstig van het
Sichtermanhuis aan de Ossenmarkt. Deze deurpartij is bewaard
gebleven en is in het bezit van het Groninger Museum.
 
De hof is vanaf 1860 geheel verdwenen door de aanleg van het
fabriekscomplex van W.A. Scholten. Het huis zelf wordt in 1913 op last
van directeur gemeentewerken J.A. Mulock Houwer afgebroken als
besloten is dwars door het terrein, als voortzetting van Kreupelstraatje,
Sint Walburgstraat en Kattenhage, de W.A. Scholtenstraat aan te gaan
leggen, later verlengd met de Thomas A. Theussinklaan. De bedoeling
was de verkeersafwikkeling tussen de binnenstad en de nieuwe
buitenwijken vlotter te kunnen laten verlopen. De bouw van de diverse
panden aan de W.A. Scholtenstraat heeft plaatsgevonden in de jaren
twintig van de vorige eeuw. Omdat de straat compleet nieuw werd
aangelegd en bebouwd, was er meteen al zoiets moderns als riolering.
De kleine huisjes aan de Turfsingel bijvoorbeeld hebben hierop moeten
wachten tot eind jaren vijftig of begin jaren zestig. Ik zie nog de Opel
Blitz van de gemeentereiniging die daar wekelijks de stronttonnen uit
het ‘schiethoesje’ kwam legen…Oud-papier handelaar Brouwer (z’n
knecht met bakfiets heette Essie) was de toenmalige eigenaar. In 1972
is het pand afgebrand en in 1973 werd nieuw gebouwd Toen kwam
Geudeker er in met een groothandel in gereedschappen.
De straat is genoemd naar de internationaal bekende Groninger
industrieel Willem Albert Scholten (1819 – 1892). Hij heeft zelf aan de
oostkant van de Grote Markt gewoond. Dat huis werd in zijn opdracht
tussen 1878 en 1881 gebouwd naar een ontwerp in eclectische stijl van
de Groninger architect J. Maris. Het pand werd bewoond door twee
families Scholten: vader W.A. en zoon J.E. Scholten, vandaar ook de
naam Scholtenshuis.

Het Scholtenshuis werd in de Tweede Wereldoorlog een berucht
gebouw. Het pand werd door de bezetter gebruikt voor het vestigen van
één van de zes Nederlandse Aussendienststelles, een hoofdkwartier
voor de regionale afdeling van de Sicherheitsdienst en de
Sicherheitspolizei. Onder leiding van o.a. de gevreesde SD'er Robert
Lehnhoff werden er honderden verzetsstrijders gevangen genomen,
verhoord, beestachtig behandeld en gemarteld. Daarna werden ze vaak
op afgelegen plekken gefusilleerd. Het Scholtenshuis werd in de
volksmond daarom het voorportaal van de hel genoemd. Bij de
bevrijding van Groningen werd het gebouw hevig beschoten, in brand
gestoken en volledig verwoest. Het leeft echter voort in de herinnering
van vele stadjers die de oorlog bewust hebben meegemaakt.
 
Het Scholten concern was verreweg het grootste bedrijf in Noord
Nederland. Het wordt wel beschouwd als Nederlands eerste moderne
multinational, met 10 fabrieken in Oost-Europa, tot helemaal in de
Oekraïne toe. Als stichter van wel 24 fabrieken op het gebied van
aardappelmeel, aardappel-moutwijn, strokarton, suiker en turfstrooisel,
staat Willem Albert Scholten te boek als 's werelds eerste landbouwindustrieel.
In zuid-oost Drenthe kocht W.A. Scholten grote veengebieden aan. Een
van de dorpen in dit gebied, Klazienaveen, liet hij noemen naar zijn
vrouw Klazien Sluis. In de provincie bezat Willem Albert Scholten een
groot aantal boerderijen. Bij zijn gouden jubileum als fabrikant, tevens
zijn zeventigste verjaardag, schonk hij de stad Groningen het
W.A.Scholten Kinderziekenhuis (1891 St. Jansstraat/ Singelstraat),
 
Tevens was W.A. Scholten mede-directeur en groot-aandeelhouder van
de Nederlandsch-Amerikaansche Stoomvaart-Maatschappij: de latere
Holland-Amerika Lijn. IJdel als hij was liet hij een van de te bouwen
schepen naar zich vernoemen: de W.A. Scholten (1874-1887, toen het
schip zonk na een aanvaring) was een stoom-zeilschip met 3 masten,
en mat 2.529 brutoregisterton. Het kon 2400 ton lading vervoeren en
had 50 cabines en ruimte voor 600 passagiers.
W.A. Scholten stierf in 1892 als een van de rijkste mannen van
Nederland.

Een mooie foto van Maagdenbrug, woonhuis Van Linge en de
stroopfabriek van W.A. Scholten:
 

 
Vlak om de hoek van onze straat bevond zich een laadperron:

 
Imposant was het luchtspoor, een hangende stalen railconstructie
waarlangs gemotoriseerde bemande lorries kwamen die de balen
suiker uit beurtschepen takelden en vervolgens dat sinistere gangetje
van de fabriek inbrachten.
 
 
.
Vooraanzicht van het luchtspoor:
 

 
Het sinistere gangetje (een jeugdherinnering van me) waarin het
luchtspoor verdwijnt ziet er op deze foto eigenlijk helemaal niet zo
sinister uit:
 

 
In de jaren zeventig worden de suikerraffinaderij en stroopfabriek van
W.A. Scholten aan de Turfsingel gesloopt, ondanks pogingen tot
behoud van dit markante industriële complex. Hier enkele foto’s van de
sloop:
 

 

 

 
Het grote terrein, gelegen tussen de W.A. Scholtenstraat, de
Oostersingel en de Walstraat wordt ingevuld met een wooncomplex
voor huur- en koopwoningen met een daaronder gelegen
buurstallingsgarage volgens het recept van de jaren tachtig (1983).

 
Helaas is van het verleden van dit terrein niets meer zichtbaar; geen
enkel gebouw van dit industriële complex heeft uiteindelijk de
slopershamer overleefd. Alleen een overblijfsel van de muur rond het
fabrieksterrein is bewaard gebleven en functioneert nog steeds als
erfafscheiding.

 
Ten slotte, op de hoek van de W.A. Scholtenstraat en de Turfsingel
staat het latere woonhuis en kantoor van Jan Evert Scholten. In de
jaren vijftig en zestig was hier de NESSO gevestigd, de Netherlands
Strawboard Selling Organisation, ook gelieerd aan het Scholten
concern. Thans doet het gebouw, na een periode van gebruik door de
Rijksuniversiteit, en na verbouw en aanbouw, dienst als Logegebouw
der Vrijmetselaren.
 
Overigens liet J.E. Scholten zich niet onbetuigd om zijn personeel op te
stuwen in de vaart der volkeren. Zo stichtte hij in 1892 de School voor
Handenarbeid en Huisvlijt aan de Walstraat. Hij wilde de jongens die hij
onder zijn personeel telde een nuttige tijdbesteding verschaffen door
hen lessen in handenarbeid te laten volgen. De school werd in de
volksmond gewoonlijk 'snieschoule' genoemd.

 
Maar ik ben aan het afdwalen…dus terug naar de W.A. Scholtenstraat.

De verbinding met de binnenstad wordt gemaakt met de Maagdenbrug.
De huidige brug is van 1942, maar lang daarvoor al was er een brug.
 
Waarom de Maagdenbrug zo heet?
De ene bron zegt dat hier in vroeger tijden de jongedames liepen te
paraderen voor soldaten, die verpleegd werden in het Prinsenhof. Deze
heren verpoosden in de bijbehorende Prinsentuin en maakten over de
muur de knappe jongedames het hof. Omdat het stadsbestuur dit
hooglijk ongepast vond, verhoogden ze de muur van de Prinsentuin. Dit
is nog steeds te zien.
Een andere bron zegt echter dat de brug is genoemd naar de
Geestelijke Maagden (van het gelijknamige klooster in de Rode
Weeshuisstraat) die in de Kattenhage een huis bewoonden…
Hieronder een foto van de W.A. Scholtenstraat genomen vanuit de
Kattenhage, op de voorgrond een (nog erg smalle) Maagdenbrug. Zo te
zien was het pand met garage en woonhuis van de familie Agema nog
niet gebouwd.
 

 
Een soortgelijke foto is regelmatig gemaakt, zoals deze in 1939:

 
en deze in 1940:
 

Ten slotte een recente foto van de Maagdenburg (april 2012).
 

 
De W.A. Scholtenstraat in woord en beeld
 

 

 

In dit hoofdstuk wordt de huidige situatie van de W.A. Scholtenstraat
per pand in beeld gebracht, aangevuld met, indien beschikbaar,
fotomateriaal uit vroeger tijden, en de vermelding van enkele
wetenswaardigheden per pand. De namen van de toenmalige
bewoners hebben zo’n beetje betrekking op jaren vijftig en zestig.
Deze foto is misschien wel de eerste foto van de W.A. Scholtenstraatin-
wording. Het is 1922. Er is alleen een houten bouwkeet te zien…met
op de achtergrond het fabriekscomplex van W.A. Scholten.
 

 
Mijn herinneringen beginnen in de jaren vijftig. De straat was nog
geplaveid met Groninger kinderkopjes, de tramrails werden niet meer
gebruikt maar lagen er wel. Het was een drukke straat, het befaamde
verkeerscirculatieplan van de ‘progressieve’ wethouders uit begin jaren
zeventig was er nog niet. De Grote Markt was nog de centrale ‘hub’
voor al het verkeer naar en van de stad en ook de W.A. Scholtenstraat
was een aan- en afvoerroute voor deze ‘hub’. Dat betekende dus veel
verkeer: trolleybussen, paard en wagens, fietsers, personenenauto’s
maar ook veel vrachtauto’s (het Bodenterrein lag om de hoek aan de
Bloemsingel). En ook veel verkeerslawaai: zo schakelden de grote
Kromhout vrachtwagens van de Groninger Beurtvaart op tot in de zesde
versnelling op dat korte stukje van de Maagdenbrug tot bij ons huis…

nr 1 woonhuis E. van Linge, architect

De woning, genaamd Het Schip, is een eigen ontwerp van architect
Evert van Linge (1895 – 1964). Hij was een bekend architect en in zijn
vrije tijd voetbalde hij bij Be Quick. Evert was een begenadigd
voetballer. Op 6 juni 1920 wordt Be Quick kampioen van Nederland! Tot
op de dag van vandaag heeft geen enkele club uit het Noorden des
lands deze prestatie van Be Quick kunnen evenaren. Evert was de
centrale figuur in het kampioenselftal en speelde ook al in de nationale
selectie. Na het kampioensschap worden alle 10 de veldspelers van Be
Quick voor Oranje geselecteerd!
 

 
Evert was overigens de architect van De Esserberg, het stadion van Be
Quick. Evert van Linge overleed in 1964 en ligt begraven op het
Esserveld, naar ‘zijn’ Esserberg.

De woning werd in de jaren 1923/1924 gebouwd.
Op de bovenste verdieping was zijn kantoor gevestigd. De gebogen gevel
springt in het oog. Er werden twee soorten baksteen gebruikt, onderaan
donkere stenen en daarboven rode mondsteen. Het pand is
spraakmakend en verplichte lesstof voor architecten in opleiding: in elk
zich zelf respectererend naslagwerk over architectuur is wel een foto
van het pand opgenomen.

De muren waren altijd begroeid met klimop. De steeltjes ervan zijn
stevig en een beetje elastisch, kortom vorrtreffelijke munitie voor de
katapultjes die we als kind van een stukje stevig ijzerdraad bogen:
elastiekje ertussen, steeltje van Van Linge erbij, en schieten maar!
 
nr 3 woonhuis familie Klamer, aannemer

 
Waarschijnlijk was de hoofdaannemer voor de bouw van de panden
van nrs 1, 3 en 5 de heer Klamer Sr. Zij woonden samen met hun zoon
Jannus op nr 3. De andere zoon was timmerman/aannemer met een
werkplaats in de Vissersstraat (zijn vrouw had daar een
sigarenwinkelwinkel). Na pensionering verhuisden zij naar nr 3.

nr 5 De beide dames Grijpma, zussen van de heer J.J. Grijpma

 
Het pand is ontworpen door architect Evert van Linge, in opdracht van
de heer Grijpma, apotheker en medefirmant van Gtijpma en De
Hosson. De ontwerptekeningen stammen uit 1924. Een vroeg ontwerp
uit 1923 was duidelijk geïnspireerd op de vormentaal van De Stijl. In het
definitieve ontwerp werd gebruik gemaakt van diverse soorten baksteen
in verschillende kleuren en oppervlak. Daardoor is de gevel nog
expressiever geworden dan het oorspronkelijke ontwerp warrbij de
muren licht gepleisterd waren. Naast de voordeur is een zandstenen
reliëf ingemetseld, verwijzend naar het beroep van de heer Grijpma. Zo
is een vijzel afgebeeld omringd door diverse attributen zoals een
pillenpot en een papaverbol.
In de jaren zeventig werd een grote verbouwing doorgevoerd waarbij de
originele stijl werd gerespecteerd. De huidige bewoners hebben een
derde verdieping aan het pand toegevoegd, nauwelijks zichtbaar aan
de voorzijde.

Wat mij bijstaat is dat we op 11 november met Sint Maarten altijd een
stokje zoethout kregen van de dames Grijpma.

nr 7 bedrijfspand Z. de Ruiter Zoetwaren
nr 7a woonhuis familie de Haan – zoon Zwier en een dochter
nr 9 bedrijfspand NOBA Koningsgist Delft
nr 9a woonhuis familie Boerema – Greetje, Harma en Bertha, Tiemon

 
Z. de Ruiter Zoetwaren bestaat nog steeds maar heet tegenwoordig De
Ruiter Horeca. Het is van oorsprong een familiebedrijf en werd in 1923
opgericht door de heer Z. de Ruiter. Er werd begonnen vanuit een
woonhuis aan het Boterdiep in de stad Groningen en later aan de W.A.
Scholtenstraat. Sinds 1992 worden de klanten bediend vanuit het
bedrijfspand aan de Osloweg 134A op industrieterrein Driebond.
In 2006 hebben Bert van der Heide en Wim Klok de groothandel
overgenomen van de kleinzoon van de oprichter. Er is toen bewust voor
gekozen om de naam de Ruiter in ere te houden, temeer omdat deze in
de stad Groningen en Ommelanden een begrip is, bovendien is het de
oudste groothandel op het gebied van food en non-food in de stad
Groningen.
Zeelandia Bakkerijgrondstoffen heeft ook gebruik gemaakt van dit pand.
Ik vermoed in het begin van de jaren vijftig. In elk geval was dit het
geval toen wij terugkeerden naar de W.A.Scholtnstraat op nr. 2a, we
speelden er vaak met het karretje met zwenkwielen, zowel in het pand
zelf als achter op het plaatsje. Misschien maakte Zeelandia van beide
magazijnen gebruik? Ik weet niet wanneer Zeelandia is verhuisd naar
nr. 2. Misschien nadat hier een uitbreiding aan de achterzijde was
gerealiseerd voor het kantoor? Of gebeurde dat pas na de verhuizing?
 
Nr 9 was in gebruik van NOBA Koningsgist. NOBA staat voor NOorder
BAkkerijgrondstoffen Maatschappij v/h V.J. Uri, een dochterbedrijf van
de Nederlandse Gist- en Spiritusfabriek (vanaf 1967 Gist-Brocades) uit
Delft. Tevens was hier het depot gevestigd van Koningsgist Delft.
De heer Boerema was depothouder en vertegenwoordiger van NOBA.

 
nr 11 bedrijfspand Fa Veldkamp suikerwaren
nr 11a woonhuis familie Veldkamp - Alie, Rika en 2 zonen
nr 11a bovenste etage woonhuis oma Veldkamp en een dochter
 
De heer Veldkamp runde naast de suikerwaren-business in zijn vrije tijd
een autorijschool. Het lag dus voor de hand dat ik bij hem autorijles
nam, het waren onze overburen ten slotte. Na 9 lessen in z’n VW Kever
(prijs hfl 9,- per les) haalde ik m’n rijbewijs.

nr 13, 15 en 17 en een ingang naar Bleekveld
 
Dit perceel is tegenwoordig bebouwd, maar tot in de jaren zeventig lag
het terrein braak. Dit was noodzakelijk om toegang te kunnen krijgen tot
het er pal achter gelegen ketelhuis van de stroopfabriek. De
eenvoudige loods (dakbedekking van golfplaat en zware schuifdeuren)
achterop het perceel moest daarom demontabel blijven.

nr 15 BP servicestation Hafkamp v/h Saak
 
 
Het terrein was in de jaren vijftig en zestig een BP servicestation van
Hafkamp v/h Saak. Dit taxibedrijf, dat op nr 6 was gevestigd aan de
andere kant van de straat, gebruikte de eenvoudige loods voor de
stalling van auto’s. Ook stond er een hefbrug op het terrein.
Hieronder een foto met vader en moeder Nederhoed met kinderen
Jannes en Grietje, naast een auto van Saak op het terrein van het
benzinestation. Het zal 1947 zijn geweest…misschien was ik er zonder
het te weten ook al een beetje bij…

 
In september 1959 werd de straat opgeschrikt door een explosie
waarna het servicestation volledig door brand werd verwoest. Ik zat
toen in de 7e klas van de J.C. Wirtzschool aan de S.S. Rosensteinlaan.
Vanuit het klaslokaal zagen we zwarte rookpluimen. Toen ik naar huis
ging mocht ik eerst de door de politie afgezette straat niet in. Moeder
had doodsangsten uitgestaan (het geldtrommeltje onder haar arm
geklemd). Op het balcon achter ons huis dwarrelden brandende
stukken dakleer e.d. naar beneden…
 
De brand was voorpagina-nieuws voor het Nieuwsblad van het
Noorden:

 
Na de brand kwam er een nieuw pompstation, maar de overkapping
werd niet in ere hersteld.

Na de afbraak van het fabriekscomplex werd uiteindelijk ook het
benzinestation afgebroken.

nr 19 bedrijf en woning van Appelhof, tandtechniker
 
De gevel van het pand is gerenoveerd. Hier een vroege foto uit de jaren
dertig toen er een vergaderlokaal van PAS, later Keuringsdienst voor Granen
en Peulvruchten was gevestigd.

 
nr 21 Odd Fellows Loge

 
Het Odd Fellowhuis werd gebouwd in 1923 onder architectuur van
Kuiler en Drewes en onder toepassing van de ontwerp- en
bouwprincipes van de Amsterdamse School. Vanzelfsprekend is dit
prachtige gebouw nu een rijksmonument.
Kuiler en Drewes was overigens ook de architect van de Oosterkerk en
de J.C. Wirtzschool (= de lagere school die ik doorlopen heb), beide
aan de S.S. Rosensteinlaan, gerealiseerd in 1927.
Ook hier werden de principes van de Amsterdamse School toegepast.
 
nr 23 CITAX / Willemsen Sr & Jr

 
Citax maakte voor het rouw- en trouwwerk gebruik van verlengde
Cadillac Fleetwoods van begin jaren vijftig.
Na het vertrek van Citax (naar de Noorderstationsstraat?) werd het
pand in gebruik genomen door Schildersbedrijf A. G. van der Maar.
De voormalige garagedeuren zijn nu dichtgemetseld.

nr 25 woonhuis van de koster vd kerk
nr 27 De Chr. Jeruzalem kerk
nr 29 Ds Noort – Ds de Bruin

 
De nummers 25, 27 en 29 vormen tesamen een kolossaal pand. Het is
één ontwerp voor (van rechts naar links) de woning van de koster, de
Jeruzalem kerk, de consistorie en de woning van de predikant.
De christelijk-gereformeerde kerk, naar een ontwerp van architect G.
Hoekzema, werd in 1927 in gebruik genomen.
Tegenwoordig is de pastorie via een glazen traverse met de consistorie
verbonden:

 
nr 31 Technisch Handelsbureau Th.C. Geudeker
nr 31a Familie Geudeker – Tom, Bob. Arnold
nr 33 Fa H. Boon
nr 33a woonhuis familie Gerard Boon
nr 35 Veenhof stadsuurwerkmaker
nr 35a woonhuis familie Veenhof
nr 37 Bauknegt, fietsenmaker (JUNCKER)
nr 37a woonhuis familie Bauknegt
 
Ook dit was een kolossaal pand:
Het gedeelte met nr 31 en 31a was tot 1959 in gebruik bij A.J. Wielens
Kogellagers.
Van oktober 1959 tot december 1972 was hier het Technisch
Handelsbureau Th. C. Geudeker gevestigd. Hier een foto uit 1965:

 
Het gedeelte met nr 33 en 33a was in gebruik bij Boon, handelaar in
verpakkingmateriaal, touw, zakkennaaimachines, Linde steekwagens,
etc.
Het gedeelte met nr 35 en 35a was in gebruik bij Veenhof, de
stadsuurwerkmaker. Op bovenstaande foto is de klok nog aanwezig.
Het gedeelte met nr 37 en 37a was in gebruik bij Bauknegt,
fietsenmaker van beroep. Het was een smal pandje met daarin een
fietsenherstelwerkplaats waarin je je amper kon bewegen.
 
nr 39a café De Gouden Zweep, familie Roelie Hamming

 
Sinds 2011 is hier restaurant Voilà gevestigd. Het bijzondere van dit
restaurant is dat er geen menukaart is: je krijgt hier voor €35,- een
vijfgangen-verrassings-menu voorgeschoteld en er valt helemaal niets
te kiezen, nou ja, je kunt aangeven of je vegetariër bent of bijvoorbeeld
niet van niertjes houdt, maar verder is de keuze aan de kok.

Hieronder een foto uit 1925, kort na oplevering van het pand.
 
 

 
Roelie Hamming was de uitbater van het cafe. Hij had een grote passie
voor de drafrensport en nadat hij op de renbaan in het Stadspark een
keer de 1e prijs had gewonnen werd het café omgedoopt in Café De
Gouden Zweep (= de naam van de prijs die hij had gewonnen).
Fameus is het verhaal van de weddenschap die Roelie een keertje met
een klant had afgesloten. Beginnend met een cent per hoefnagel van
een paard moest de verliezer het bedrag betalen dat ontstaat als de
inzet bij elke volgende hoefnagel verdubbeld wordt. Met een biertje op
ga je daar misschien gauw mee akkoord, maar als je weer nuchter bent
blijkt dat de uitkomst een astronomisch hoog bedrag is. De overlevering
wil dat deze weddenschap uiteindelijk is afgerond in een rechtzaak…
 
Ter afsluiting van de beschrijving van de zuidelijke kant van de W.A.
Scholtenstraat nog een suikerzakje van Café Hamming:


Op de hoek van de W.A. Scholtenstraat en de Turfsingel
 

 
Het formele adres is Turfsingel 46.
Het is het voormalige woonhuis van de heer J.E. Scholten, en later het
kantoorpand van NESSO.

Daarna was het pand enkele jaren in gebruik bij de Rijksuniversiteit.
Sinds 1993 exploiteert de stichting L' Union Provinciale een eigen
vrijmetselaarsloge in dit pand. Daaroe is er in de stijl van het huis een
gedeelte aangebouwd en werd haaks daarop nog een pand gebouwd
waarin de loge is gevestigd. De ingang zit sindsdien in de W.A.
Scholtenstraat.
Na de verbouwing hebben de Vrijmetselaars op de dakgoot van de
aanbouw AD 1772 laten schilderen. Dat staat best sjiek…het lijkt me
een verwijzing naar het bouwjaar van de Hof van Iddekinge. Maar dat
landhuis is in 1913 afgebroken…
 

 
Hier een mooie foto van het pand met op de voorgrond de
Maagdenbrug:

 
Hier een foto uit de tijd dat het pand in gebruik was bij de
Rijksuniversiteit.
 

nr 2-1 dienstwoning privechauffeur + woonhuis familie Agema
 

 
De heer Agema was directiechauffeur in dienst van NESSO. De directie
had de beschikking over enkele mooie automobielen, zoals een
prachtige gunmetal grey Jaguar uit de MK-serie, een zwarte Humber en
twee zwarte Mercedessen.
Ik heb geen foto uit die tijd, maar onderstaand beeld geeft toch een
idee: de garagedeuren die er in de jaren vijftig en zestig nog waren, zijn
dichtgemetseld, de tuinmuur was er nog, en aan het begin van die muur
(niet op de foto) bevond zich nog een garagebox waar de Jaguar in
stond gestald.
 

Zoals uit de recente foto blijkt is de muur nu verdwenen om plaats te
maken voor de nieuwbouw van de loge van de vrijmetselaars. Ook is
het metselwerk dat de vroegere garagedeuren verving, weer
verdwenen, nu om plaats te maken voor openslaande deuren.

nr 2 Koninklijke Zeelandia Bakkerijgrondstoffen
nr 2a woonhuis familie Nederhoed, Jannes, Grietje, Jasper,
Lambertus en Andries
nr 4 loodgietersbedrijf DE PIJP
nr 4a woonhuis familie Joustra – zoon Jerry

 
Al weer vele jaren is in dit pand op nr 2 een Humanistisch Centrum van
het Humanistisch Verbond gehuisvest.
Wij woonden destijds op nr 2a. Mijn vader was vertegenwoordiger en
depothouder van Koninklijke Zeelandia. Hier een foto uit 1953/54 met
‘zijn’ nieuwe Taunus Weltkugel bestelauto voor de deur.
 

 
Oh ja, op dat kleine kamertje boven de voordeur zag ik in 1948 het
levenslicht…

Wekelijks werd het depot met grote DAF vrachtwagens bevoorraad
vanuit Zierikee. Hiertoe werd ’s ochtends al de straat parkeervrij
gemaakt door het plaatsen van lege vaten, een karretje, e.d.
In later jaren werd er een neon-reclame van het logo van Zeelandia aan
de gevel bevestigd. Op m’n netvlies staat nog de blauwdruk/tekening
van Gebr. Ten Kate Neonverlichting, met het logo in felle kleurtjes op
de donkere contouren van de woning. Helaas heb ik hier echter geen
foto van ontdekt.
In 1968 werd de nieuwbouw van het bedrijfspand plus woonhuis van
Zeelandia aan de Van der Hoopstraat opgeleverd, en kwam er een eind
aan ons verblijf in de W.A. Scholtenstraat.
 
De heer Joustra was de eigenaar van Loodgietersbedrijf De Pijp op nr
4. Wat me nog helder voor de geest staat is het smelten van
overgebleven lood op een butagas-brander om er in een rijtje van aan
elkaar gelaste mallen mooie loodbroodjes van te gieten. Dat gebeurde
op de oprit.

nr 6 taxibedrijf Hafkamp v/h Saak
nr 6a woonhuis familie Hafkamp

 
De dochter van Saak reed in de jaren vijftig een roomwitte Skoda
Octavia Cabriolet met rode bekleding. In 1958 werd het bedrijf
overgenomen door de heer Wim Hafkamp uit Emmeloord.

Het taxibedrijf had de beschikking over Mercedessen en twee
Russische Volga’s (het was altijd weer een hels kabaal als die dingen
gestart werden, met dikke kwalmende rookdampen uit de uitlaat). Voor
het rouw- en trouwwerk werden verlengde Dodge New Yorkers gebruikt, daarna Chevrolets Bel Air en een zwart/wiite Plymouth als trouwcoupé:
 
 

 
Later kwamen er witte trouwcoupe’s van het merk Cadillac en Lincoln. Vooral de Lincoln Continental, voormalig in gebruik bij het Koninklijk Huis, was een imposante verschijning. 
Ook herinner ik me een metallic lichtgroene Cadillac Sedan de Ville.
Afkomstig van een sjeik uit Koeweit: het woestijnzand zat nog op het
chassis. Hafkamp heeft deze auto in wit overgespoten. Was-ie eindelijk klaar...vatte de carburatie vlam...
Toen de Chevrolets op hun eind liepen ging Hafkamp steeds meer over op
voorloorlogse Rolls Royces. Hij haalde ze zelf, o.a. uit Engeland en
deed ook de restauratie in eigen beheer. Er waren bijzondere
exemplaren bij. Op den duur had hij meerdere van deze prachtige
oldtimers in bedrijf (ik ben er zelf in eentje getrouwd in 1971…).
 
In het woonhuis was een klein kamertje ingericht als meldkamer. Ik heb
er vaak "dienst gedaan” om de telefoon aan te nemen en de gevraagde
rit via de mobilofoon door te geven naar een van de taxi’s.
Er waren destijds diverse taxibedrijven actief in de stad. De gemeente
was een groot voorstander van het beëindigen van de traditionele
taxivetes en drong aan op het samengaan van de verschillende
bedrijven in een taxicentrale. Het resultaat was de GTC (Groninger Taxi
Centrale) en Hafkamp werd hiervan de directeur.
 
Na de verhuizing van het bedrijf naar de Oosterhamrikkade en nadat ik
m’n rijbewijs had gehaald, heb ik meerdere keren dienst gedaan als
chauffeur voor rouw- en trouwwerk. Ik kreeg dan een chauffeursjas aan
en een pet op. Wat me hiervan vooral is bijgebleven zijn de gesprekken
op de achterbank tijdens rouwritten: die gingen over van alles en nog
wat maar eigenlijk nooit over de overledene…

nr 8 Stomerij Gerner

            
Het oorspronkelijke perceel van Stomerij Gerner is iniddels gesloopt en
vervolgens is hier in 2007 een prachtig appartementencomplex
gerealiseerd. Als een ode aan de stomerij heeft het
appartementencomplex de naam ‘De Gerner’ gekregen.
Hieronder een foto van het oorspronkelijke pand van Gerner, ingeklemd
tussen het pand van Hafkamp en het pand van Santega.

 
nr 10 Herenkledingfabriek Santega v/h Gebr. Levie
 
Hier een foto uit 1960:
 
 
 
In de jaren van 1927 tot 1930 liet de ‘NV Heerenkleedingfabriek
Santega v/h gebr. Levie’ een fabrieksgebouw bouwen aan de W.A.
Scholtenstraat.
Hier een foto uit de bouwperiode met links op de voorgrond ons huis:
 

 
Zo ging dat nog in de jaren twintig bij de bouw van Santega, de Arbo
was nog niet uitgevonden…
 

 
Het complex werd in de loop van de jaren verbouwd en uitgebreid en
bestreek uiteindelijk het gehele terrein vanaf de W.A. Scholtenstraat tot
aan de Vlasstraat.

In het begin van 1981 kwam het pand leeg te staan, en vanaf 1987
werd het tot het eind van de jaren negentig gebruikt als kantoor van de
Gemeentelijke Sociale Dienst.

In 2005 werd gestart met de ontwikkeling en realisatie van een gebouw
voor jongerenhuisvesting. Op de begane grond van de oude
textielfabriek is tevens een bedrijfsruimte gerealiseerd. Onder het
gebouw is een fietsenkelder gebouwd.
Sinds februari 2011 heeft ook Werktheater Moi een plekje gevonden in
dit pand.

nr 14 garage Jansen
nr 16 woonhuis mevr. Antje de Meulemeester-de Werd, vroedvrouw

 
In de jaren zestig bestonden de nummers 12 en 18 niet. Tegenwoordig
bestaan de nummers 14, 16 en 18 niet meer. Het pand heeft nu nr 12.
Garagebedrijf Leverman heeft dit pand in de jaren twintig laten bouwen
en was de eerste gebruiker. Het adres van Leverman was W.A.
Scholtenstraat 18. Er boven was een woonhuis.
De volgende foto stamt uit 1928:
 
 
 
 
Ik heb niet volledig kunnen achterhalen wanneer Leverman het bedrijf
heeft beëindigd en wie daarna van dit pand gebruik heeft/hebben
gemaakt.
Hoe dan ook, in de jaren zestig heeft Santega het pand gekocht. Op de
verdieping kwamen vergaderlokalen en de voormalige garage werd
gebruikt voor de stalling van de auto’s van de directie.
Na de bedrijfsbeëindiging van Santega is in elk geval de gehele
gevelpartij goed onderhanden genomen…
Naderhand is het geheel omgebouwd naar een appartementencomplex,
en dat is de huidige situatie.

Hierbij enkele kleine annonces van Garage Leverman uit het
Nieuwsblad van het Noorden van 1928:

 
nr 20 vergadergebouw
nr 20a woonhuis mevr Eekels (electro i Boteringestraat)
 
nr 22 Grijpma & De Hosson

 
Het bedrijfspand plus woonhuis is in 1924 gebouwd naar een ontwerp
van (alweer) architect Evert van Linge.
Hier een foto uit de jaren twintig:
 

 
Grijpma & De Hosson was fabrikant van en groothandel in
farmaceutische artikelen. De firma bracht onder meer Brona
hoestsiroop, Corros wrattentinctuur en Egel likdoornzalf op de markt. Er
waren destijds mooie reclames aan de gevel bevestigd.
Er stonden altijd van die mandflessen (glas, stro en een metalen
vlechtwerk er omheen) op de stoep. Ik heb altijd gedacht dat er azijn in
zat, maar zeker weten doe ik dat niet…
nr 24 Abresch en Louwerens A&L
        Frans Muller

 
Dit pand is in 1922 gebouwd door Aannemersbedrijf Gebr. Van Dijk
(Tuinbouwstraat) voor de firma Abresch en Louwerens, handelaren in
koffie en thee.
Hier een foto uit die periode:

 
En, ook leuk, een advertentie van A & L uit 1938:
 

Van 1952 – 1968 was Frans Muller op nr 24 gevestigd. Daarna
verhuisde dit bedrijf naar de Rouaanstraat. Frans Muller houdt zich
bezig met inkoop, productie en verkoop van veters, spanners,
schoenpoetsmiddelen, zooltjes, etc. Kortom alles op het gebied van
schoen- en voetverzorging
 
nr 26a Magazijnen GEB (Gemeentelijk Electriciteits Bedrijf)
nr 26b Magazijnen GEB (Gemeentelijk Electriciteits Bedrijf)

Het oorspronkelijk gebouw had nr 26 en is in 1922 gebouwd in opdracht
van Tabaksfabriek De Tabaksplant.
Het pand is na het vertrek of de opheffing van De Tabaksplant gesplitst,
vandaar dat er nu ook een nr 26b in de straat is.

In de jaren vijftig en zestig was nr 26a & 26b in gebruik bij het GEB van de
gemeente. Tegenwoordig zijn de verdiepingen ingericht als
appartementen.

Bedrijven die niet in de familie blijven, behouden soms wel de bedrijfsof
produktnaam. Zo blijft de naam van de tabaksfabrikant Pieter Koning
voortleven na de overname door R.A.J. Loot. Hij begint in 1887 in de
Oosterstraat in een pand, waarin eerst T.B. Kolk en daarna P. Koning
tabak heeft gemaakt. Nadat Loot in 1907 ook het bedrijf van
Kranenburg heeft overgenomen, gebruikt hij voor zijn
tabaksfabriek zowel de naam van Koning als die van Kranenburg. Dat
is de reden dat de naam P. Koning vermeld staat op het prachtige
tegeltableau dat ingemetseld zit in de zijgevel van het pand van De
Tabakspant (aan de Oostersingel), waarmee ik de beschrijving van de
noordelijke kant van de W.A. Scholtenstraat afsluit.
 

 
---

Geraadpleegde literatuur en websites

FEITH – cultuur, geschiedenis en taal van groningen – nr. 1 / 2012
Dagblad van het Noorden van zaterdag 14 april 2012
digitaal archief Nieuwsblad van het Noorden
google earth
www.wikipedia.nl
www.geudekergereedschap.nl
http://resources3.kb.nl/010675000/pdf/DDD_010677996.pdf
www.hugovandermolen.nl
www.gemeentegroningen.nl
www.groningerarchieven.nl
www.loof.nl
www.beeldbankgroningen.nl
www.grunn.nl
www.streetservice.nl
www.reliwiki.nl
www.afdeling.humanistischverbond.nl/groningen
www.archieven.nl
www.flickr.com
 
 

jasper l nederhoed   /   delfzijl   /   april 2012